Bij successieplanning is het steeds DE vraag of het onroerend goed (woning) dat op naam van de BV werd aangekocht al dan niet moet worden uitgebracht.
Is het antwoord ja, dan moet men zich de vraag stellen hoe men dit het fiscaal voordeligst kan realiseren. Dit is niet altijd evident aangezien er voor dergelijke onttrekking verschillende rechten van toepassing kunnen zijn en dit op grond van verschillende wijzen van inbreng en uitbreng. Het gaat (in Vlaanderen) namelijk over de volgende rechten:
Onder normale omstandigheden wordt, o.b.v. de ‘verkoopfictie’, de transactie belast tegen het verkooprecht (m.a.w. het minst voordelige scenario). Wil u de voordelige tarieven (i.e. 50 EUR of 2,5%) kunnen toepassen dan moet aan de hieronder vermelde voorwaarden voldaan zijn:
Successieplanning
Op het eerste gezicht lijkt de oplossing eenvoudig.
Erfgenamen en legatarissen kunnen historische vennoot worden op voorwaarde dat 1) de vennoot de inbreng in de BV deed of 2) de vennoot die reeds vennoot was van de BV toen die het onroerend goed verwierf. Indien één voorwaarden vervuld is dan kunnen de erfgenamen of legatarissen die de plaats van hun rechtsvoorganger (overleden historisch vennoot) hebben ingenomen, historisch vennoot worden van de vennootschap op voorwaarde dat dit gebeurt vóór de toebedeling van de onroerende goederen.
Heeft de rechtsvoorganger zijn aandelenbezit in de BV onder levenden overgedragen (schenking) aan zijn erfgenamen, dan kunnen die erfgenamen het statuut van historisch vennoot niet verderzetten.
Zoals hierboven reeds aangehaald is het niet mogelijk om als erfgenaam historisch vennoot te worden indien de erflater tijdens zijn leven alle aandelen aan de erfgenamen heeft weggeschonken. De vraag stelt zich dus of het wel mogelijk is om historisch vennoot te worden indien een deel van de aandelen tijdens het leven van de historische vennoot werd geschonken en het andere deel werd geërfd door de erfgenamen? Het antwoord hierop is ja.
Het is dus perfect mogelijk om zowel een deel van de aandelen te schenken en een andere deel na te laten via een erfenis (met of zonder testament is niet relevant). De reden om over te gaan tot het schenken van aandelen is omwille van het feit dat er in principe aan een voordeliger tarief wordt belast bij een schenking dan bij een erfenis.
Conclusie
De aandeelhouder van een BV met vastgoed die tegelijkertijd een historisch vennoot is, kan het statuut historisch vennoot doorgeven aan zijn erfgenamen. Hij mag nooit alle aandelen van de BV schenken aan zijn erfgenamen. Hij moet ervoor zorgen dat deze erfgenamen ook een deel van de aandelen van hem kunnen erven. Een schenking is meestal het fiscaal voordeligste pad, waardoor het aangeraden is om een groot deel van het aandelenpakket voor het overlijden te schenken. Dit kan op een gecontroleerde wijze gebeuren (door het inschrijven van de gepaste voorwaarden in de schenkingsakte, aanbrengen van de gepaste clausules in de statuten van de BV, ...), zodat er in de praktijk geen al te grote veranderingen in de BV gebeuren.
Het betreft helaas niet altijd een zwart-wit verhaal, dus aarzel niet om ons te contacteren indien u hieromtrent vragen heeft.
DTL BV
Medelaar 44A
2980 Zoersel (België)
+32 (0)495 76 98 36
yannick@d-tl.be
BTW BE 0769 709 549
Copyright © Alle rechten voorbehouden